Uit onderzoek van het Centrum voor Onderzoek en Statistiek blijkt dat 30.000 Rotterdammers die nu nog geen vrijwilligerswerk doen daartoe wel bereid zouden zijn als ze ervoor werden gevraagd. Dat roept de vraag op waarom ze dan tot nu toe blijkbaar niet zijn gevraagd. Dat wordt binnenkort in een andere blogpost besproken. Een tweede vraag is wie die potentiële vrijwilligers dan zijn. Daar is op grond van onderzoek het een en ander over te zeggen.
Verder is er een grote groep van Rotterdammers die het nog niet weten, zelfs als ze gevraagd zouden worden. Wie zijn dat dan precies?
De potentiële vrijwilliger uit de groep van 30.000
is vaker vrouw dan man: 63% tegen 37 %. De leeftijdsgroep van 25-45 is relatief meer geïnteresseerd, de groep van 65-75 daarentegen juist helemaal niet. Hoewel er dus een grote groep babyboomers aankomt, is hun bereidheid vrijwilligerswerk te gaan doen indien gevraagd blijkbaar niet al te hoog. Verder zijn paren zonder kinderen en mensen met betaald werk goed vertegenwoordigd in de groep van 30.000, net als hoog opgeleiden.
Bedenk dat alle 30.000 Rotterdammers in deze groep bereid zijn vrijwilliger te worden! Het loont dus om te proberen deze 30.000 te vinden.
De groep die het niet weet
is relatief vaak 13-25 jaar oud. Ouderen van 65-75 zijn ondervertegenwoordigd: die weten blijkbaar wat ze willen. Aangezien de groep gepensioneerden deels samenvalt met 65-75 jarigen is het ook niet verwonderlijk dat ook deze groep relatief slecht vertegenwoordigd is in de groep twijfelaars.
De voornaamste conclusie is dat de Rotterdammers van 67-75 jaar duidelijk ondervertegenwoordigd zijn in de groep van 30.000 en in de groep twijfelaars. Ze weten relatief vaker dat ze geen vrijwilligerswerk gaan doen als het ze wordt gevraagd. Aangezien er toch een behoorlijke groep babyboomers aan komt zal hier per saldo toch een aanzienlijk aantal vrijwilligers bij zitten.
Bron: Vrijwilligerswerk en informele hulp in Rotterdam 2009, Centrum voor Onderzoek en Statistiek, mei 2010, drs. P.A. de Graaf. In opdracht van de dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Het rapport is te downloaden van www.cos.rotterdam.nl of www.inZ.nl